Feiten

Bij dit thema bespreken wij om welk soort migratie het in de verschillende colleges ging, in welk tijdsbestek de migratie zich afspeelt en in welke zin er sprake is van diversiteit. We bespreken de colleges in chronologische volgorde waarin de migratie zich afspeelt. 

Nederland is een land waar naartoe en vanuit altijd al veel migratie heeft plaatsgevonden. Zowel veel individuen, als groepen en gemeenschappen hebben zich door de jaren heen in Nederland gevestigd. Dit heeft dan ook zeker z’n sporen nagelaten. Invloeden van andere culturen zijn in Nederland op verschillende manieren terug te zien. Zo hebben andere culturen invloed gehad op de taal, religie, eetgewoonten, muziek en film- en televisiewereld.

Een groep waarvan door de jaren heen verschillende groepen zich in Nederland hebben gevestigd zijn de Joden. Joden zijn al redelijk vroeg naar Nederland gekomen, al in de late middeleeuwen, ongeveer vanaf het jaar 1300. Het ging hierbij wel om kleinere groepen Joden. Deze joden hebben zich in de loop van de 13e en in de eerste helft van de 14e eeuw gevestigd in voornamelijk Limburg, Brabant en Gelderland. In deze plaatsen zijn Joodse gemeenschappen opgericht. Toen in 1347 de pestepidemie in Nederland uitbrak, werden de Joden ervan beschuldigd deze veroorzaakt te hebben en werden ze vermoord of uit Nederland verdreven. Velen van hen zijn toen naar het oosten getrokken. De tweede groep Joden kwam aan het eind van de 15e eeuw en begin van de 16e eeuw, vanaf 1492, naar Nederland. Deze groepen waren aanzienlijk groter en waren afkomstig uit Spanje en Portugal, ze werden de Sefardische joden genoemd. Het waren religieuze vluchtelingen, op de vlucht voor de inquisitie en dus als het ware verdreven uit deze plaatsen. Ze vestigden zich eerst in de Zuid-Nederlanden, maar na de 80-jarige oorlog en de val van Antwerpen in 1585, vond er opnieuw een migratiestroom plaats van de Sefardische Joden uit Zuid-Nederland en Antwerpen naar Noord-Nederland op de vlucht voor de Spanjaarden. In de periode van 1617 tot 1630 migreerden er ook veel Portugese joden naar Noord-Nederland, dit waren voornamelijk arbeidsmigranten. De laatste grote groep joden vluchtten vanaf 1620 naar Noord- Nederland. Dit waren Joden afkomstig uit Duitsland en Polen, op de vlucht voor de inquisitie, deze groep werd de Asjkenazim genoemd. Zij brachten het Jiddisch met zich mee, wat als het ware ook ‘migreerde’ in de Nederlandse taal. In 1710 werden de eerste Jiddische woorden opgenomen in het Nederlands woordenboek.

Na de val van Antwerpen in 1585 kwam er een grote migratiestroom opgang vanuit Zuid-Nederland, waaronder ook een groot aantal Brabanders. Dit waren zowel economische als religieuze vluchtelingen. Doordat Amsterdam de functie van grote haven- en handelsstad overnam van Antwerpen, kwamen er veel Brabanders zoeken naar een baan. De religieuze vluchtelingen waren Protestanten. Aangezien in Noord-Nederland de staat boven de kerk stond, was het, hoewel de meeste Amsterdammers zelf ook katholiek waren, voor hen mogelijk om hun protestantse geloof te belijden. In Zuid-Nederland was de Katholieke kerk aan de macht dus daar was dit niet mogelijk.

In 1795 trok het Franse leger Nederland binnen, dit was het begin van de Franse tijd, die tot diep in de 18e eeuw voortduurde. Het ging hierbij om Franse migranten met veel aanzien, die veelal uit waren op macht en revolutie. Doordat de Fransen en hun taal hoog aanzien hadden, was de invloed van het Frans op het Nederlands aanzienlijk. Franse leenwoorden werden veel gebruikt en op den duur werden ze algemeen geaccepteerd. In de 17e en de 18e eeuw zijn er dan ook veel Franse woorden in de Nederlandse woordenschat opgenomen. Deze woorden zijn in de loop der jaren qua betekenis, spelling, interpunctie en uitspraak aan het Nederlands aangepast. Sommige woorden hebben hun uitspraak behouden, andere niet. Dit valt te verklaren uit het feit dat mensen uit de hogere bevolkingsklassen het Frans goed beheersten en de lagere bevolkingsklassen niet. De woorden die door de hogere klasse in de Nederlandse taal terecht zijn gekomen hebben dus hun uitspraak behouden en de woorden die door de lagere klasse zijn overgenomen niet. Deze Franse leenwoorden verschillen in het feit dat ze uit verschillende registers komen, zoals de mode, visserij, eten, gastronomie.

In de periode van 1973 tot 2007 heeft de Europese Unie (EU) zich enorm ontwikkeld. Steeds meer landen sloten zich aan bij de EU. Ondanks het feit dat ze in Europa liggen, verschillen deze landen stuk voor stuk van elkaar in vele opzichten. In deze periode kwam er ook een grote migratiestroom opgang van mensen die migreerden naar andere lidstaten van de EU doordat dat nu zo makkelijk was gemaakt. Ook trokken er mensen vanuit niet EU landen naar EU landen, waaronder dus ook naar Nederland. Ook vond er migratie plaats van de voormalige ex-koloniën naar de moederlanden.

Een andere grote groep migranten, die ook nog vandaag de dag een belangrijke rol speelt in de Nederlandse samenleving zijn moslims. Al in de gouden eeuw hadden Nederlanders contacten met moslims dit kwam voornamelijk door de VOC. De islam zette officieel in 1947 voet op Nederlandse bodem. Missionarissen uit Pakistan en studenten uit Nederlands-Indië hebben in dit jaar de islam naar Nederland gebracht. Vanaf 1960 kwam er een grote migratiestroom van Turkse en Marokkaanse gastarbeiders naar Nederland opgang. Door gezinshereniging en het uithuwelijken van mensen uit land van herkomst, is het aantal islamitische Turkse en Marokkaanse migranten de afgelopen jaren alleen nog maar meer geworden. Maar onder de grote groep moslims vallen ook nog migranten uit Noord- en Zuid-Afrika, Pakistan, Suriname, India en de Balkan. Ook zijn er nog islamitische Javanen, die eerst naar Suriname en van daaruit naar Nederland zijn getrokken. Binnen de groep moslims is er dus een grote diversiteit. Het tijdsbestek waarin de moslims over het algemeen naar Nederland zijn getrokken is vanaf 1947 tot heden.

In de jaren ’60 en ’70 van de vorige eeuw heeft zich, mede door de komt van de Turken, Marokkanen, Surinamers en Antilianen een zekere vorm van straattaal ontwikkeld. Straattaal wordt ook nu nog door veel jongeren. Hoewel vooral kinderen van migranten straattaal spreken, word het ook veelvuldig onder Nederlandse jongeren gebruikt. Deze jongeren hebben verschillende etnische achtergronden, deze diversiteit is terug te vinden in straattaal. Straattaal word gevormd en beïnvloedt door verschillende talen en accenten.